VITABERNA

 

 


Pastoraal atelier

Levoland 

Relimarkt

Bronnenmagazijn

 

doopviering 6

UIT LIEFDE GEBOREN – IN DANKBAARHEID ONTVANGEN

MUZIEK

WELKOM

(ouders)
Wij zijn hier vandaag bij elkaar gekomen om twee redenen. De eerste is dat wij samen met
familie en vrienden de geboorte van ons kind willen vieren. Wij hebben die geboorte ervaren als
een wonder, waarbij woorden tekort schieten. De tweede reden is dat wij ons kind door de doop
op het spoor willen zetten waarop wij eens zélf zijn gezet door ónze ouders en waarvan wij
geloven dat het een goed spoor is.

GEBED

(voorganger)
Heer onze God, Vader van alle mensen,
wij staan hier voor U met een kind, aan het begin van zijn/haar levensweg.
Een weg van licht en donker, van vallen en opstaan,
want zo is het in onze wereld.
Vandaag nemen wij dit kind op in onze geloofsgemeenschap
door het water van de doop.
Daarin vieren wij dat leven op de dood overwint.
Weest U voor dit kind een goede God,
omwille van Jezus, die bij U leeft,
in eeuwigheid, amen.

Zo oud als de kerk is, zolang zijn christenen bij elkaar gekomen om samen de doop te vieren.
Ook wij zijn vandaag hier voor de bediening van doop en water.
Water is de bron van leven. In water vindt alles wat leeft zijn ontstaan; zonder water gaat alles
dood. Waar water is, zet het leven zich voort, generatie na generatie, almaar door. Als wij onze
kinderen met water dopen, zeggen we: wij gunnen jou leven, wij willen jou redden van de dood,
wees een van ons, jij bent de belofte van God, Hij geve je eeuwig leven.

LIED

Ergens komt een kind vandaan,
van ver, van buiten zonder naam;
het is nog niemand, spreekt geen woord,
heeft van de dood nog niet gehoord,
het huilt nog van geboortepijn
en weet niet wie het ooit zal zijn.

Dan roepen mensen jij, jij, jij,
woon hier bij ons, woon hier bij mij,
de wereld wordt een huis voor jou
en liefde maakt een mens van jou.
Dan geven wij elkaar een naam:
iemand niemand,
kind van mensen ben jij voortaan.

Ergens moet een mens toch heen,
hij gaat zijn eigen weg alleen,
en zoekt of in de wildernis
een bron van levend water is,
en luistert of een woord bestaat
waarin zijn toekomst opengaat.

Dan roepen mensen jij, jij, jij
woon hier bij ons, woon hier bij mij,
het water is een bron voor jou,
de toekomst heeft een woord voor jou.
Dan vindt een mens zijn eigen naam:
iemand niemand, dorst en water,
kind van mensen ben jij voortaan.

Niemand weet waartoe hij leeft,
waarom hij hart en handen heeft;
er is geen daarom, eens voorgoed,
maar enkel adem, vlees en bloed.
Zo leeft een mens tot in de dood
onooglijk klein, onzichtbaar groot.

Dan roepen mensen jij jij jij
wees hart en hand en mens voor mij,
wees waarom daarom groot of klein
de mens die jij alleen moet zijn.
Zo leeft een mens van naam tot naam:
iemand niemand,
dorst en water, vriend en vreemde,
kind van mensen ben jij voortaan.

Niemand weet wat leven is,
alleen dat het gegeven is,
van vuilnisbelt tot gouden troon,
aan vluchteling en koningszoon.
Wie leeft die maakt zijn eigen lied
en wie niet leeft verstaat het niet.

Laat ze maar roepen jij jij jij,
wie leven wil die zingt zich vrij,
wie leeft die maakt zijn eigen lied
en wie niet leeft verstaat het niet.
Zo zingen wij elkanders naam;
iemand niemand, dorst en water,
vriend en vreemde, dood en leven,
mensen, mensen zijn wij voortaan.

GEBED

(voorganger)
God, U bent het licht in onze duisternis, vuur in ons midden.
Als man en vrouw die van elkaar houden, hebben we – in onze beste ogenblikken –
gevoeld dat onze liefde ontstoken is aan uw vuur.
U hebt ons dit liefdevuur gegeven,
als beginnende vlam om het door te geven aan ons kind.
Uit zorg en uit geloof, uit liefde en uit behoefte aan hulp,
willen we bij de doop ons kind aan U toevertrouwen.
Wij willen het ook de kans geven om U te ervaren,
omdat het beste in ons altijd met U te maken had.
Wij danken U God voor dit kind,
weerloos als het is en weergaloos,
een mens van wie we hopen dat de vlammen er uit zullen slaan
en de vonken er vanaf zullen springen.
Wij danken U God voor dit kind,
door hem/haar gaat de tijd door,
overwinnen wij de dood en geven wij ons over aan het leven.
Wij vragen U dat wij als geliefden en als ouders elkaar en ons kind
het leven blijven geven, door onszelf steeds weer ter beschikking te stellen.

EVANGELIE

Eens brachten de mensen hun kinderen bij Jezus, met de bedoeling dat Hij ze zou aanraken.
Maar de leerlingen stuurden heb terug. Toen Jezus dat zag, zei hij verontwaardigd: “Laat die
kinderen toch bij mij komen en houdt ze niet tegen. Want het Rijk van God behoort aan hen die
zijn zoals deze kinderen.
Voorwaar ik zeg u: wie het Rijk van God niet aanneemt als een kind, zal er zeker niet
binnengaan.” Toen omhelsde hij hen en zegende hen en hij legde hen de handen op.

(voorganger)
Zo doen ook wij vandaag. De Heer zal <naam kind> omarmen, hem/haar zegenen en de
handen opleggen. Vandaag doet hij dat door de ouders en allen die dit kind met liefdevolle zorg
omringen. <Naam kind>, moge alle goeds je ten deel vallen op je levensweg en God zij met je.

BELOFTEN

(ouders)
Wij willen proberen omwillen van <naam kind> elkaar lief te blijven hebben in goede en kwade
dagen. Als wij vreugde aan elkaar beleven, maar ook als wij in elkaar worden teleurgesteld. Wij
willen proberen onze kleine, die nog zo weerloos is, niet scheef te laten groeien. Voor God en
allen die hier aanwezig zijn beloven wij ons best te doen voor ons kind een goede vader en
moeder te zijn. Wij hopen dat te zijn in voorspoed en gezondheid. Wij beloven dit kind op te
voeden in de geest van het evangelie, dat wil zeggen: in dienstbaarheid aan alle mensen, maar
vooral aan hen die ongelukkig zijn. Wanneer <naam kind> ouder wordt en hij een weg gaat die
niet de onze is, ook dan zullen wij proberen hem/haar met onze liefde en belangstelling te
blijven volgen.

(voorganger)
Kom en blijf naar <naam kind> staan. Trek met hem/haar op, houd zijn/haar hoofd boven water,
leg woorden in zijn mond, die getuigen van vrede. Kortom, willen jullie, samen met de ouders de
eersten zijn om ervoor te zorgen dat dit kind de warmte van medemenselijkheid ervaart?

(peter en meter)
Ja, dat willen wij.

(voorganger)
Nu we de bereidheid hebben uitgesproken om <naam kind> voor te gaan op de weg van het
licht, mag ik jullie vragen om de rechterhand boven <naam kind> uit te strekken.

(allen samen)
God, laat dit kind groot en krachtig worden in onze soms harde wereld. Bescherm <naam kind>
tegen verkeerde invloeden. Laat hem proeven en ervaren, dat Gij uw reddende hand terugtrekt.
Geef dat wij die deze wereld maken <naam kind> voor mogen gaan in alles wat zuiver is en
waar. Laat hem/haar opgroeien als uw kind, onbezorgd en blij, het kwade overwinnend door het
goede, onder de hoede van Uw machtige hand. Amen.

(voorganger)
Nu wij <naam kind> gaan opnemen in die gemeenschap van Jezus Christus, willen wij samen
ons geloof uitspreken.

(allen samen)
Ik geloof in een God die de wereld niet volmaakt geschapen heeft, als iets dat altijd zo moet
blijven. Die niet regeert volgens de orde van armen en rijken, mensen die alles weten en
mensen die nergens van op de hoogte zijn: heersers en uitgebuiten.
Ik geloof in een God die vraagt om het wederwoord van de levende mens. Ik geloof in Jezus
Christus die opstaat in ons leven, zodat wij vrij worden van vooroordelen en aanmatiging, van
angst en haat.
Ik geloof in de Geest, die met Jezus in de wereld is gekomen, in de gemeenschap van alle
volkeren en in onze verantwoordelijkheid voor wat uit deze aarde worden zal: een dal vol
ellende, honger en geweld, óf een stad van God.
Ik geloof in de rechtvaardige vrede die te stichten is, in de mogelijkheid van een zinvol leven
voor alle mensen en in de toekomst van de wereld van God. Amen.

NAAMGEVING EN INSCHRIJVING

(voorganger)
God, zegen dit water, dat we gaan gebruiken om <naam kind> te dopen. Water is een bron van
leven, in water vindt alles wat leeft zijn ontstaan. Geef dat <naam kind> door de doop met
water naar het voorbeeld dat U ons hebt voorgeleefd in Jezus Uw Zoon. Amen.
<Naam kind>, ik doop je in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.
<Naam kind>, ik zalf je met de Geest van Jezus Christus zodat je mag aanslaan bij God en bij
de mensen. Ik zalf je voorhoofd opdat je het goede mag denken en doen. Ik zalf je ogen opdat
je oog mag hebben voor al het moois in de wereld en dat je het mag waarderen. Ik zalf je oren
opdat je een open oor mag hebben voor alles wat het leven vraagt. Ik zalf je mond opdat je mag
blijven lachen van vreugde en lieve woorden mag spreken en mag troosten. Ik zalf je handen
opdat je ze mag gebruiken om God tastbaar te maken in deze wereld. Ik zalf je voeten opdat je
daar mag gaan waar het goed is om te wonen en opdat je in de voetstappen mag gaan van
Jezus, de weg ten leven.
Ik geef je de doopkaars, ontstoken aan het licht van Pasen. Christus is het licht in onze wereld.
Zorg ervoor dat dit kind licht uitstraalt en warmte geeft.

(allen)
God, geef dat er in <naam kind> steeds meer licht dan duisternis is. Laat hem/haar liefde en
warmte uitstralen.

(voorganger)
Ik geef je deze bloem, omdat we hopen dat <naam kind> het leven in zal gaan als in een tuin,
waarin altijd meer bloemen zullen zijn dan stokken en geweren. Leer hem/haar van de
wonderen van het leven genieten, ze waarderen en leer hem/haar geloven in het leven zelf.

LIED

Uit vuur en ijzer, zuur en zout,
zo wijd als licht, zo eeuwenoud,
uit alles wordt een mens gebouwd
en steeds opnieuw geboren.
Om ijzer in vuur te zijn,
om zout en zoet en zuur te zijn,
om mens voor een mens te zijn
wordt alleman geboren.

Om water voor de zee te zijn
om anderman een woord te zijn,
om niemand weet hoe groot en klein,
gezocht, gekend, verloren.
Om avond- en morgenland,
om hier te zijn en overkant,
om hand in een and're hand,
om niet te zijn verloren.

Om oud en wijd als licht te zijn,
om lippen, water dorst te zijn,
om alles en om niets te zijn,
gaat iemand tot een ander.
Naar verte die niemand weet,
door vuur dat mensen samensmeedt,
om leven in lief en leed
gaan mensen tot elkander.

VOORBEDE

MARIA

(samen)
Maria, als moeder van Jezus verstaat u wat het wil zeggen om nieuw leven te ervaren en zich
te verheugen over de geboorte van een kind. U verstaat ook de zorg en verantwoordelijkheid
die dat met zich meebrengt. Als moeder van Jezus bent u ook de moeder van ons allen die in
hem geloven. Bescherm <naam kind> tegen alles wat kwaad is en laat hem/har uitgroeien tot
een volgeling van uw zoon. Amen.

SLOT

(voorganger)
Laten we dan in vrede naar huis gaan. Mogen jullie en allen die hier zijn gelukkig zijn met
elkaar. En moge de Geest van Jezus heersen in uw huis en zijn vreugde wonen in uw gezin.
Amen.

Terug naar overzicht