DOOP VAN JEZUS IN DE JORDAAN
Lucas 3, 15-16.21-22
Overweging Montfortparochie Tilburg, 12-13 januari 1992
Een geboorte, huwelijk of echtscheiding,
het verlies van je baan of iemand die je lief is, het vieren van een
kroonjaar op je 18e, 21e of 50e verjaardag: het zijn bijzondere
gebeurtenissen in een mensenleven. Momenten, die vaak heel intensief
worden beleefd en die van invloed kunnen zijn op de verdere levensloop. Je
zou ze ook "scharniermomenten" kunnen noemen: omdat je heel
bewust stilstaat bij belangrijke levensovergangen, en misschien moet je
breuken met het verleden of een crisis verwerken om een nieuwe levensfase
binnen te gaan. Vaak nemen rituelen of symbolische handelingen hierbij een
markante en zinvolle plaats in. Ook een doop zou je zo'n belangrijk en
bijzonder levensmoment kunnen noemen. Het ritueel met water symboliseert
het begin van een nieuw leven: door het water heen ga je als het ware van
de oever van het oude land naar het nieuwe land. Water wast af en spoelt
schoon, het verfrist en verkwikt. Je wordt er een nieuwe mens door.
De doop van Jezus door Johannes in de
Jordaan is zeker ook zo'n bijzonder gebeuren. Maar niet alleen die doop;
want de gebeurtenissen rond de geboorte en de eerste levensjaren van
Jezus, zoals we dat tot nu toe in de vieringen vanaf Kerstmis stukje bij
beetje hebben gehoord, hebben ons wel duidelijk gemaakt dat er geen sprake
is van zomaar een gewoon levensverhaal. Van meet af aan is duidelijk, dat
er met deze Jezus iets bijzonders aan de hand is.
Het begint al met de geboorte: er blijkt
voor hem geen plaats te zijn in de herberg, en de Redder van de mensheid
moet genoegen nemen met een voederbak in een armetierige en tochtige stal.
Koningen, engelen en herders vormen daarbij de entourage. De eerste beste
keer wanneer zijn vader en moeder hem op twaalfjarige leeftijd mee op reis
nemen naar Jeruzalem om het Paasfeest te vieren, raken ze hem meteen
kwijt. Ze vinden hem terug in de tempel, temidden van de priesters en
schriftgeleerden, met wie hij in een druk en moeilijk gesprek is
verwikkeld. En de evangelist Johannes verhaalt hoe hij op verzoek van zijn
moeder tijdens een bruiloft in Kana water in wijn verandert. Een
wonderverhaal dat in de viering van het volgend weekend wordt gelezen.
Geboorte, water en wijn: het zijn de
belangrijkste ingrediënten voor het grootste christelijke feest, dat door
de christenen vroeger op 6 januari werd gevierd: Driekoningen, de doop van
Jezus en Zijn eerste wonder in Kana ineen. Oorspronkelijk werden deze drie
gebeurtenissen dus op één dag gevierd, maar zijn in later tijden uit
elkaar gegroeid.
Het verhaal van de doop van Jezus in de
Jordaan markeert het begin van wat we wel noemen Zijn openbare optreden.
Het ritueel van de onderdompeling symboliseert het aannemen van een nieuwe
identiteit, het achterlaten van een stukje verleden, een ervaring dat van
nu af aan alles anders gaat worden. Toen Johannes de Doper de komst van
Jezus voorspelde en de mensen aanspoorde om boete te doen om zich op die
komst van de Messias - de Verlosser - voor te bereiden, was het zijn
gewoonte om hen in het stromende water van de rivier de Jordaan onder te
dompelen. Dat was bepaald niet iets nieuws. Toch hadden veel mensen en met
name de leiders van het joodse volk er moeite mee dat ze gedoopt moesten
worden, om het zondige verleden af te wassen. Zoiets was in hun ogen
helemaal niet nodig. Het is dan ook geen wonder dat men nogal wantrouwend
was ten opzichte van Johannes, toen hij hen liet weten dat er na hem
iemand zou komen die nog veel meer uitstraling zou hebben dan hij, en dat
Johannes niet waardig was om de riem van Jezus'sandalen los te maken. Geen
wonder ook, dat het volk Jezus van Nazaret, de zoon van een doodgewone
timmerman, begon te wantrouwen, toen deze zich door Johannes liet dopen in
de Jordaan. Daarom voegt de evangelist Lucas nog iets bijzonders toe aan
het doopverhaal, een soort visioen, wanneer Jezus na zijn doop in gebed
verzonken is: de hemel scheurt open, een duif daalt neer en er klinkt een
stem: "Jij bent Mijn welbeminde Zoon, een man van Mijn hart".
Een stem die eigenlijk zeggen wil: "Kijk en luister goed naar die
Jezus, want zoals Hij doet zouden jullie allemaal moeten doen". De
duif herinnert ons hierbij aan het verhaal van Noach, als teken van een
nieuw verbond tussen God en zijn volk en aan het scheppingsverhaal, - waar
de geest van God boven de wateren zweefde en orde aanbracht in de chaos.
Zo wordt Jezus tijdens Zijn doop in de
Jordaan geroepen tot Zijn eigenlijke taak: als Zoon en Dienaar van God
mensen te inspireren en in beweging te zetten. Gaandeweg zijn leven
ontdekt hij zijn opdracht en roeping. Een uitdaging op leven en dood,
zoals uit het verdere vervolg van zijn levensverhaal zal blijken. Want
Jezus zal zich niet de luxe permitteren een broodprofeet te worden, eentje
die de mensen naar de mond praat en alles gladstrijkt. Hij zal niet
nalaten het kwaad steeds te benoemen en onrecht voortdurend aan de kaak te
stellen. Op deze wijze kon Hij een nieuw fundament leggen onder de wereld
om die te dragen en te genezen, en te herscheppen tot een klein stukje
rijk van God op aarde.
AMEN
Terug
naar overzicht thema's
Terug
naar overzicht bijbelpassages