DE
MAN DIE VAN DE KOU KWAM
Wat restte
van vingers en tenen
hield hem nauwelijks overeind.
Hij vertelde verhalen van hagel en sneeuw,
versmolt ze voor radio en tv tot een legende:
zij die van de kou komen zijn zelf winter, - zei hij.
Zij houden van hun slee en van de honden.
Het is niet het landschap dat zij reizen,
maar een seizoen van storm en ijs:
zij bevriezen hun denken.
De man die van de kou kwam is gisteren gestorven,
helden leven niet lang, te kort voor een legende
van sneeuw. Als ik sterf, smelt ik, had hij gezegd.
Hij is niet gesmolten.
(Peter Delpeut)
Terug
naar overzicht