IN DE GEEST VAN JEZUS
Handelingen 8, 5-8.14-17; I Petrus 3, 15-18; Johannes 14, 15-21
Overweging Montfortparochie Tilburg, 22 mei 1984
"In de naam van de Vader, de Zoon en de H.Geest": hoe gedachtenloos spreken we deze
woorden vaak niet uit bij het slaan van het kruisteken? En bij de Vader en de Zoon kunnen we
ons nog wel iets voorstellen. Maar de H. Geest… Dat is een wat raadselachtig persoon, van
wie we niet zo gemakkelijk hoogte kunnen krijgen.
De symbolen die voor de H. Geest worden gebruikt dragen ook bepaald niet bij tot een
heldere beeldvorming: denk maar eens aan de vurige tongen die met Pinksteren boven de
apostelen hangen; of aan de afbeelding van de H. Geest als een sierlijke duif, zwevend boven
hoofden. En wat te zeggen van de gaven van de Geest die boven mensen worden uitgestort?
Of de Geest die door handoplegging meegedeeld wordt?
Uit de verhalen over de eerste tijd van de kerk blijkt, dat die Geest waarneembaar en zichtbaar
is in het concrete leven van alledag. We weten dan wel niet precies wat ons daarbij moeten
voorstellen, maar het heeft in ieder geval iets te maken met een gegrepenheid, een vuur dat
om zich heengrijpt. Het is zoiets als je na veel uitleggen en voordoen iemand opgelucht hoort
zeggen: "Nu snap ik het, ik zie het helemaal!" Het doet je goed als je daarna merkt dat zo
iemand aan de slag gaat en op eigen kracht verder kan, met en in dezelfde geest verder kan,
steeds meer in vorm komt… Wie van iets bezield is, raakt er niet over uitgesproken; waar het
hart van vol is, loopt de mond van over zeggen we dan. Geen enkele moeite is teveel voor
datgene waardoor je 'enthousiast' bent, 'begeesterd' raakt.
Of we hebben het over de 'geest' die in een groep of club heerst, of thuis in het gezin. Die
geest, die sfeer, is erg bepalend, er gaat iets van uit. En alhoewel het concreet aan- of afwezig
is, kun je het niet precies omschrijven. Maar de geest laat zich afleiden uit datgene wat er
gedaan of gelaten wordt, wat ieder zegt of verzwijgt, wat er gedroomd, gezongen of gedeeld
wordt.
Soms zie je dingen, waardoor je 'beroerd' of 'ontroerd' wordt. Dan zitten we heel dicht bij de
Hebreeuwse betekenis van het woord 'geest'. De geest die je bezielt, zet je in beweging, keurt
af of bevestigt, motiveert en inspireert of zet je aan tot verzet of opstand. Het is de steun in de
rug, de duw- en stuwkracht, de gangmaker in wiens zucht je wordt meegenomen.
In de evangeliezing van vandaag gaat het over de 'geest van de waarheid'. Jezus zegt zijn
leerlingen toe, dat hij hen 'de geest van de waarheid' zal zenden. Dat wil zeggen: de geest die
ons tot de werkelijkheid roept, die ons bewust maakt wat er werkelijk aan de hand is. De geest
van Jezus leert ons zien, hoe de vork aan de steel zit, hoe het een zich verhoudt tot het ander,
welke verbanden er zijn, wat verbondenheid werkelijk is. 'Waarheid' betekent in het OT:
werkelijkheid. De Geest laat ons de werkelijkheid zien, namelijk de weg ten leven die Jezus
voor ons tekent. En deze weg is niet geplaveid met rozen; de keuze om die weg te gaan is
onvoorwaardelijk. Jezus volgen betekent: zijn weg serieus nemen, de waarheid onder ogen
durven zien. Dat kost soms veel pijn, want het is gemakkelijker je te verlaten op het
vertrouwen van de ander, of te bouwen op eigen kracht en wijsheid.
In de lijn van het OT is de geest de kracht die mensen beweegt. Vooral de profeten worden
beschouwd als mensen op wie de geest des Heren rustte. Van hen ging immers een
inspirerende kracht uit. Na Jezus's dood werden zijn leerlingen 'bevangen door de H. Geest',
en er ging een bezielende kracht van hen uit. Mensen die naar hem luisterden, voelden zich in
hun hart geraakt. Zij vroegen zich te mogen aansluiten bij die beweging van Jezus. Zo
ontstonden er overal christelijke gemeenten. De diaken Filippus trad op in Samaria, zoals we
uit het boek van de Handelingen hoorden, en vertelde daar enthousiast over Jezus. Daarom
stuurden de apostelen vanuit Jeruzalem Petrus en Johannes om een gebed over deze mensen
uit te spreken, 'opdat zij de H. Geest zouden ontvangen".
Zo'n tekst maakt duidelijk dat het ontvangen van de heilige geest niet het privilege is van een
bevoorrechte groep in de geloofsgemeenschap. Aan alle gelovigen komt de gave van de Geest
toe, dat wil zeggen"het vermogen om te getuigen van het geloof in Jezus, de Verlosser.
Het zou me niet verbazen als u intussen al lang bij uzelf hebt zitten denken: je kunt er wel
mooi over preken, maar merk je zelf nu wel eens iets van die H. Geest? En eerlijk gezegd kan
ik daar niet volmondig "ja" op antwoorden. Want helaas is de Geest binnen onze kerk nogal
eens afwezig. Er schijnt niet altijd plaats voor hem te zijn, hij is dikwijls met handen en
voeten gebonden aan de kerkelijke autoriteit, opgesloten binnen een zevental sacramenten.
Vrij waaien waar hij wil is er meestal niet meer bij. Hoogstens mag hij wat fladderen aan de
randen van de kerk, in charismatische groepen. Ik denk dat er voor de Geest ook niet veel
aardigheid aan is om te waaien, en dat hij wel een heimwee heeft naar dat allereerste begin
van kerk, toen Hij nog de ruimte kreeg, toen alles nog vorm moest krijgen.
De NT-geschriften weerspreken de gedachte dat de H. Geest zich met autoriteit, met
leergezag en leer zou vereenzelvigen. De Geest is werkzaam in iedere mens die zich opent
voor de blijde boodschap van het evangelie. En niemand kan zich de H. Geest toeëigenen als
een exclusief bezit.
Helaas moeten ook constateren dat de stem van de gewone gelovige niet altijd wordt gehoord.
Inzichten en opvattingen van sommige kerkleiders lijken de geest van de waarheid in pacht te
hebben. Het is pijnlijk dit te moeten vaststellen, maar de geest van de waarheid zoals Jezus
dat bedoelde, laat ons ook dié werkelijkheid zien. Meer dan als ooit tevoren hebben wij
behoefte aan het waaien van een nieuwe, frisse geest. Immers, alle leugens zijn al zo vaak
verteld, alle bombardementen en beschietingen zijn al zo vaak uitgevoerd, alle wreedheden
zijn al zo vaak vertoond, alle macht is al zo vaak corrupt gebleken. Kwam er nu eindelijk
maar eens iets nieuws onder de zon!
Toch zijn er ook lichtpuntjes, soms is de Geest te zien. Zoals ooit de kracht en de dynamiek
van een nieuw bestaan ervan afspatte, zo kun je soms mensen zien stralen. Aangetast en
verkreukeld hebben ze dan iets van de gaafheid van een kind. Even zijn ze als nieuw,
opengewaaid, betrokken geraakt, thuis gekomen. Zó wordt de kracht van de Geest zichtbaar
in mensen. Daarom kunnen we, als voorbereiding op het Pinksterfeest, bidden: "Kom heilige
Geest, neem onze angst en lusteloosheid weg, ontsteek in ons het vuur van het begin en
vernieuw het aanschijn van de aarde door onze handen en ons hart."
AMEN
Terug
naar overzicht thema's
Terug
naar overzicht bijbelpassages