We kennen haar als Moeder van Altijddurende Bijstand. We noemden haar
Mystieke Roos, Ivoren Toren, Gouden Huis, Koningin van de Vrede. Maria.
Een vrouw met neergeslagen ogen, in deemoedig blauw gestoken. De onbevlekt
ontvangen maagd. "Uw wil geschiede": dienstbaar zonder te
klagen. Zo kennen we Maria uit de geschiedenis: de dienstmaagd des Heren,
zonder eigen wil, trouw en onderdanig.
Maar als Maria tijdens de ontmoeting met Elisabeth haar vreugde over
haar zwangerschap uit, klinkt een heel ander geluid. Een geluid dat we
vanavond helaas niet hoorden in de evangelielezing. Daarom een klein
gedeelte uit dat vreugdelied van Maria: "God toont zijn macht en de
kracht van zijn arm en drijft uiteen wie zich verheven wanen. Heersers
stoot hij van hun troon en wie gering is geeft hij aanzien". Maria’s
vreugdelied laat niets aan duidelijkheid te wensen over: ze kiest voor de
armen en ontrechten, voor degenen die in een uitzichtsloze situatie
verkeren. Een revolutionair lied, waarin bevrijding en verlossing wordt
aangekondigd voor mensen die aan de rand van de samenleving staan en
weinig perspectief naar de toekomst hebben. Maria wijst prestatie en macht
af, niet omdat je pienter of mooi of succesvol bent sta ik achter je, maar
ik ben bij je, gewoon omdat je er bent, omdat je me nodig hebt. De
onvoorwaardelijkheid van een moeder, die kiest voor haar kind,.Dat is de
échte Maria. Geen madonna van plastic of gips, geen zoetsappig beeld van
een onderdanige vrouw, die alleen trouw en gehoorzaam wil zijn. Geen beeld
van een vrouw die alleen maar tranen van verdriet laat om de chaos en
ellende in de wereld.
Deze Maria ontmoet haar nicht Elisabeth, de moeder van Johannes. Een
vreugdevolle ontmoeting. Een oude en een jonge vrouw verstaan elkaar als
hartsvriendinnen. Elisabeth, de oude vrouw, te oud voor kinderen, de
voorname vrouw, uit de priesterklasse, de stadse vrouw, uit het trotse
Jeruzalem. En tegenover haar: Maria. Een jong ding nog, familie, maar lang
niet zo voornaam en afkomstig uit het verre, platteland. Beiden zijn
zwanger van een kind dat geboren wordt op een bijzondere manier en met een
bijzonder doel: een Heiland wordt ons gegeven, tot bekering en verlossing
van mensen. Zo wordt een oude belofte vervuld.
Opnieuw vervullen twee vrouwen een sleutelrol in de geschiedenis van
God met de mensen. Beiden kondigen de bevrijding aan van de kleine mens
uit armoede en onderdrukking. Ze zijn letterlijk "dragende
krachten" en uitstraling naar de toekomst. Maria en Elisabeth zetten
de doorgaande lijn van Eva, Sara, Hanna, Judith, Esther en vele andere
vrouwen voort. Barmhartigheid, strijdbaarheid én onderdanigheid komen in
Maria bij elkaar en worden zo een teken van hoop.
Kleine mensen, grote dingen. Hoe zit het met ons? Durven wij de
omkering van de wereld aan, zoals Maria die bepleit? Kunnen en willen wij
geloven in de omwenteling van onrecht naar recht? En blijft het alleen bij
geloven, of zijn we ook bereid onze overtuiging in daden om te zetten?
Blijven wij op onze machtige troon zitten wachten totdat we eraf gestoten
worden of weggezonden met lege handen? Of volgen wij het spoor en het
programma van Maria en Jezus, door te vertrouwen op een God die recht zal
doen, door elkaar in bescherming te nemen?
Wanneer een kind aan ons wordt toevertrouwd, wordt er een beroep gedaan
op onze zorg en verantwoordelijkheid. De geboorte van Jezus, met kerst,
doet ook een beroep op het kind in onszelf: opnieuw geboren worden, zorg
en verantwoordelijkheid voor elkaar willen nemen en te werken aan een
rechtvaardige samenleving.
Bidden we samen:
Wees gegroet, Maria,
Vol van genade
De Heer is met u
Gij zijt de gezegende onder de vrouwen
En gezegend is Jezus de vrucht van uw schoot
Heilige Maria, moeder van God
Bid voor ons zondaars
Nu en in het uur van onze dood.
AMEN