Enkele weken geleden had ik een gesprek met jonge Turkse collega van
me. Ze verliet al vroeg haar geboorteland om zich in Nederland te
vestigen en werkt momenteel aan een boek over leiding geven in
organisaties. "Leiderschap", zei ze, "is vooral jezelf
ontdekken: leren van je fouten en werken aan je eigen tekortkomingen.
Dienstbaarheid en leidinggeven lijken in het Westen twee tegengestelde
begrippen. Maar een leider is op de eerste plaats een dienaar voor
anderen: luisteren naar anderen, je inleven in hun verwachtingen en het
samen delen van je ambities en inspiratie." Een opmerkelijk
inzicht, dat stevig morrelt aan de traditionele beelden over
leiderschap.
Toen ik nadacht over de beide lezingen van vandaag, kwam dit gesprek
over dienstbaar leiderschap weer in mijn herinnering. Want net zoals de
strijdbare leiders op vurige paarden met pijl en boog in de aanslag bij
de profeet Zacharia, komen de wijzen en verstandigen er vandaag in het
evangelie maar bekaaid af. De God van de bijbel kiest niet voor hen die
de wijsheid in pacht denken te hebben: ze zijn verstokt, versteend van
hart en durven zich niet open te stellen voor het onverwachte. De God
van de bijbel, onze God, schaart zich onomwonden achter de
zachtmoedigen, de nederigen van hart. Het succes ligt bij eenvoudige
mensen met een hart dat niet genoeg heeft aan zichzelf, maar dat zich
wil en durft open te stellen naar anderen. Zij durven het nieuwe
tegemoet te gaan. Zij schragen de toekomst. Zij dragen hoop en
weerloosheid met zich mee. In hen lijkt God zijn grootste vertrouwen te
hebben gesteld.
Ook de oorlogszuchtige koningen vallen van het doek. Weg met de
paarden, wagens en strijdmiddelen. De vredevorst rijdt immers op een
ezel, is rechtvaardig en deemoedig en niet uit op eigen macht, maar op
het geluk van anderen. Alleen met vredemiddelen is de wereld te
veroveren.
Deemoedige koningen, daar zijn er tegenwoordig niet veel van.
Koningen die zich klein durven maken en het lot van de noodlijdenden in
de samenleving willen delen. Koningen die het oorlogstuig verbannen uit
hun land. Koningen die de zachte kracht van de liefde boven het geweld
en gewoel van wapens stellen.
In het huidige Israël lijken ze verder weg te zijn dan ooit. Maar
niet alleen daar: want anno 2002 lijken machtsvertoon en oorlogszuchtige
taal van wereldleiders mondiaal gezien nog steeds dé weg naar vrede te
zijn. En laten we ons binnen zelf gekozen structuren niet al te vaak
verleiden tot het opzetten van militaire operaties onder de vlag van
humanitaire vredesmissies? Tanks en raketten, bezettingen en zinloze
vernielingen lijken de zachte tred van de ezel ver, ver naar de
achtergrond te hebben gedrongen. Een ezel: wie gaat dáár nu mee op pad
om de wereld te veroveren?
Deemoed: de moed om te dienen. Deemoedig zijn = je nederig willen
onderwerpen aan de ander, onderdanig zijn. Het is moeilijk een
woordenboek te vinden met een eigentijdse omschrijving van dit soort
begrippen. Deemoed, zachtmoedigheid, nederigheid, onderdanig zijn: ze
lijken niet meer van deze tijd te zijn. Je hoort de schamperende
opmerkingen al: "Wat is dat voor soft gedoe?" Onze tijd is er
een van ellebogenwerk, kruiwagens, assertief zijn, carrière maken, over
de rug van de ander haantje de voorste willen spelen: dat tekent in hoge
mate de huidige omgangscultuur. De arrogantie van de macht viert
hoogtij.
Natuurlijk kan het anders. En gelukkig zie je bij tijd en wijle dat
dat ook gebeurt. Managers van bedrijven die oog hebben voor wat
werknemers beweegt en bezig houdt. Binnen de kaders van wat
bedrijfseconomisch verantwoord is, geven zij zichzelf en elkaar de
ruimte om het geheim achter de dingen soms even te laten oplichten. Dat
zijn leiders die kunnen luisteren naar anderen en zich kunnen inleven in
hun verwachtingen. Leiders van wie je wat van kunt leren, want zij
hebben de wijsheid niet in pacht.
En ook op de werkvloer kan het anders. Niet elkaar steeds maar weer
afbekken, punten willen scoren, elkaar vliegen willen afvangen. Niet
meedoen, openlijk durven zeggen: "Ik ben van vóór die tijd"
getuigt van moed en kracht. De zachte kracht om starheid en stroperige
verhoudingen in onze omgang met elkaar weer vloeiend te maken, weer te
laten stromen. Zachte kracht om de dode letter van de wet en de dogma's
weer nieuw leven in te blazen, op de werkvloer en de kerkvloer. Of
misschien moet je zeggen: "Mijn tijd komt nog wel": want ooit
zal toch duidelijk worden dat je met geweld uiteindelijk nergens komt?
Deemoedige koningen, daar hebben we behoefte aan vandaag de dag.
Leiders die weten wat dienen is: niet zelf vooroplopen, maar ten dienste
van de ander staan. Dat kenmerkt ook een goede herder: hij loopt niet
met vliegend vaandel voor de kudde uit, maar volgt behoedzaam de kudde:
drijvend, motiverend, inspirerend, zorgvuldig kijkend waar de kudde heen
wil. Een dienaar voor zijn dienaren.
De God van de bijbel kiest onvoorwaardelijk partij voor de kleinen.
Voor kleine mensen is hij bereikbaar. En wie wil weten hoe dat moet en
wat dat inhoudt, hoeft maar naar Jezus te kijken. "Ik ben
zachtmoedig en nederig van hart". Door zichzelf klein te maken, de
gestalte van een dienstknecht aan te nemen en zich uiteindelijk te
vernederen tot de dood op het kruis, gaf hij de eenvoudigen van hart
weer nieuwe hoop en veroverde hij de wereld. Als een vredevorst, rijdend
op een ezel.
AMEN